Neem contact met ons op
Capelle aan den IJssel
Een werkneemster heeft zich ziekgemeld bij werkgever. Vervolgens geeft werkgever de werkneemster de keuze: ofwel een behandeltraject ondergaan dat de bedrijfsarts in gang had gezet met als gevolg een loonstop als ze dit niet zou doen, ofwel een vaststellingsovereenkomst tekenen waarmee de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden zou worden beëindigd. De werkneemster wilde het behandeltraject niet ondergaan en koos voor de optie vaststellingsovereenkomst waarbij zij zich voor de einddatum zou beter melden. Enkele weken later doet werkneemster een beroep op een wilsgebrek en vernietigd daarmee de vaststellingsovereenkomst.
Het gerechtshof oordeelt in kort geding dat het aannemelijk is dat er sprake is van een wilsgebrek of dat het beroep van werkgever op de vaststellingsovereenkomst in strijd zal zijn met de redelijkheid en billijkheid. Waarom? In een situatie van arbeidsongeschiktheid moet een werkgever de nodige zorgvuldigheid in acht nemen, vanwege de vergaande verplichtingen en het vervallen van rechten bij het niet voldoen aan de re-integratie. Werkgever heeft onnodige druk op werkneemster gelegd en heeft werkneemster onvoldoende geïnformeerd over de gevolgen van het tekenen van de vaststellingsovereenkomst. Aangezien werkneemster weer arbeidsgeschikt was verklaard, moet zij weer worden toegelaten om de overeengekomen werkzaamheden te verrichten.
Tip: Wilt u een werknemer een vaststellingsovereenkomst aanbieden? Zorg ervoor dat je de (financiële) gevolgen van het tekenen daarvan duidelijk maakt voor werknemer, zodat werknemer weet waar afstand van wordt gedaan. Zeker als er sprake is van een arbeidsongeschiktheid vanwege de gevolgen door de werknemer!
Lees hier de uitspraak.